In ‘De Beweeger’ van Mei 2018 ontving u een zakje gevuld met zaadjes voor een prachtige bloemenweide. Een bloeiende bloemenweide is een prachtig element in de tuin. Het trekt verschillende soorten dieren aan (bijen, lieveheersbeestjes, vogels, vlinders, ….) en de tuin fleurt er volledig mee op. Bovendien heeft een bloemenmengsel het voordeel dat het een onkruidwerende werking heeft en het verbetert de (veelal magere) bodem dankzij de doorworteling en humusinbreng. Er zal altijd wel iets in bloei staan vanaf het voorjaar tot de eerste vorst in het najaar.
Standplaats en grond zijn belangrijk voor het welslagen van deze bloemenweide. Uiteraard houden de bloemen van een standplaats in volle zon. De grond voor een bloemenweide of bloemenakker is liever niet te zwaar of te voedselrijk. Extra compost hoeft u dus niet toe te voegen alvorens te zaaien.
Voor het inzaaien wordt de grond bewerkt, bijvoorbeeld door de grond om te spitten met een spade. Maak de bodem vrij van stenen, wortelstokken en onkruid.
Het zaaien van een bloemenweide kan tot midden juni. Gebruik 1 g / m2. Dit zakje bevat ongeveer 5 g, u hebt dus genoeg voor 5 m2 bloemenweide. Om een te dichte bezaaiing te voorkomen, mengt u het zaad best met wit zand (zodat u ziet welke delen u reeds hebt ingezaaid). Een andere mogelijkheid is het zaad individueel te zaaien met 10 tot 15 cm tussen de zaadjes onderling en tussen de rijen. De laatste methode heeft als voordeel dat u beter zal kunnen zien wat onkruid is en wat niet.
Nadat de zaden gezaaid zijn, kan u best de bovengrond lichtjes inharken want de meeste zaden van dit bloemenmengsel ontkiemen in het donker. Bijkomend voordeel van het inharken is dat ook vogels minder van de zaden zullen opeten. Besproei de grond regelmatig met water. Extra voeding kan u steeds toevoegen. Gebruik hiervoor bijvoorbeeld een zelfgemaakte brandnetelgier. Vul een ton met 1 kg brandnetels (nog niet in bloei) en vul aan met water tot 10 liter. Roer de inhoud regelmatig om. Na 3 weken hebt u een (opgepast!) stinkend brouwsel dat rijk is aan stikstof. 1 liter gier verdunt u met 10 liter water. Zeef de gier door een doek als u een sproeiapparaat gaat gebruiken. Sproei bij voorkeur ’s avonds om te voorkomen dat de planten verbranden.
Eenmaal de bloemenweide is uitgebloeid kan ze gemaaid worden. We raden u echter aan om dit pas in maart te doen. In de winter bieden de planten voedsel en een schuilplaats voor de dieren. Bovendien komen de zaden van de bloemen opnieuw vrij en kunt u het jaar daarop opnieuw genieten van de bloemenpracht. Het enige wat u in het komende voorjaar nog moet doen is de grond licht bewerken en eventueel wat extra zaden bij zaaien.
Het zakje bevat een mengeling van éénjarige, tweejarige en vaste planten.
Samenstelling:
- Achillea millefolium (gewoon duizendblad)
- Anethum graveolens (dille)
- Angelica sylvestris (gewone engelwortel)
- Arctium lappa (grote klit)
- Artemisia vulgaris (bijvoet)
- Barbarea vulgaris (barbarakruid)
- Borago officinalis (komkommerkruid)
- Brassica oleracea (kool)
- Carum carvi (karwij)
- Centaurea cyanus (korenbloem)
- Chaerophyllum aureum (gouden ribzaad)
- Cichorium intybus (wilde chicorei)
- Coriandrum sativum (koriander)
- Daucus carota (wilde peen)
- Dipsacus fullonum (grote kaardebol)
- Epilobium hirsutum (harig wilgenroosje)
- Eupatorium cannabium (koninginnekruid)
- Fagopyrum esculentum (boekweit)
- Filipendula ulmaria (moerasspirea)
- Foeniculum vulgare (venkel)
- Galium album (wit walstro)
- Helianthus annuus (zonnebloem)
- Heracleum sphondylium (gewone berenklauw)
- Lepidium sativum (tuinkers)
- Leucanthemum ircutianum (margriet)
- Linum usitatissimum (vlas)
- Lotus corniculatus (gewone rolklaver)
- Lotus pedunculatus (moerasrolklaver)
- Lysimachia vulgaris (grote wederik)
- Lythrum salicaria (grote kattestaart)
- Malva sylvestris (groot kaasjeskruid)
- Medicago lupulina (hopklaver)
- Medicago sativa (luzerne)
- Oenothera biennis (middelste teunisbloem)
- Onobrychis viciifolia (esparcette)
- Papaver rhoas (klaproos)
- Peucedanum palustre (melkeppe)
- Phacelia tanacetifolia (phacelia)
- Plantago lanceolata (smalle weegbree)
- Rumex acetosa (veldzuring)
- Sanguisorba minor (kleine pimpernel)
- Saponaria officinalis (zeepkruid)
- Scrophularia nodosa (knopig helmkruid)
- Secale multicaule (doorlevende rogge)
- Silene dioica (dagkoekoeksbloem)
- Silene flos-cuculi (echte koekoeksbloem)
- Silene latifolia ssp alba (avondkoekoeksbloem)
- Silene vulgaris (blaassilene)
- Sinapsis arvensis (herik)
- Tanacetum vulgare (boerenwormkruid)
- Trifolium incarnatum (inkarnaatklaver)
- Trifolium pratense (rode klaver)
- Trifolium repens (witte klaver)
- Valeriana officinalis (valeriaan)
- Verbascum densiflorum (stalkaars)